
- ‘Over een kwartiertje ben ik terug’, hoorde ik hem zeggen.
- ‘Is goed’, antwoordde ik en ging verder met het prikken van satéstokjes door stukjes kip, ananas, paprika en courgette.
Een half uur later stond mijn man in de keuken.
- ‘Wow, je bent al bijna klaar, wat goed’, zei hij.
- ‘Mmm-hmmm’, antwoordde ik. De kipspiesjes lagen klaar, de hamburgers ook. Nu nog de pastasalade – even wat dingen uit de koelkast halen, dat en dat moet gesneden worden... Mijn volle concentratie bij het koken, dus geen aandacht voor iets anders. Laat dat wel duidelijk zijn – als ik ergens bezig mee ben, ben ik daar mee bezig en heb ik geen tijd voor sociale onzin. Als dat maar duidelijk is.
Toen de gasten al binnen waren zag ik ineens mijn man. Er was iets anders aan hem. Het leek wel alsof hij zijn haar anders zat, of zoiets… Wat raar… Maar hij is niet naar de kapper geweest, dus het kon niet. Hij zag er dus uit zoals altijd.
…
In de avond, een aantal uur later, zaten wij weer met z'n tweeën in de woonkamer.
- ‘Heb je niets gemerkt wat anders is aan mij?’, vroeg mijn man.
En op dat moment zag ik het… Zijn haar zat anders. Hij was wel naar de kapper geweest!
Ik kreeg echt een bijna onbeschrijflijk gevoel van binnen…
…En nee, het was geen schaamte over mijn gebrekkige sociale vaardigheden of onvermogen om het sociaal gewenste gedrag te tonen eerder die dag – had wel gekund, maar was nu niet het geval...
…Het was het gevoel dat ik iets had gezien van mezelf wat ik normaal gesproken niet kan zien. Een glimpje van de strategie van het mechaniek van het hoofd – oftewel het ego – wat normaal gesproken verborgen blijft. Nu op heterdaad betrapt.
Naar aanleiding van wat mijn man had gezegd toen hij wegging, had ik de verwachting gecreëerd in mijn hoofd dat hij alleen zou gaan winkelen, en niet dat hij naar de kapper zou gaan. Toen ik hem later zag, zagen mijn ogen heel correct dat er iets anders was met zijn haar. Mijn hoofd, echter, kon de (schijnbaar) tegenstrijdige informatie niet aan van de verwachting en wat de ogen zagen, en heeft gekozen om de verwachting te geloven in plaats van de objectieve zintuiglijke waarneming van de ogen zelf.
Het is toch niet te geloven! Eigenlijk kan ik er nog steeds niet helemaal bij hoe geraffineerd het spel van het ego is. Al helemaal als ik de gevolgen doortrek naar de rest van mij leven. Het is dus echt zo, dat alles wat ik zie zeer sterk gekleurd (zoniet volledig bepaald) wordt door wat ik verwacht te zien. Dit betekent dus ook dat alles wat ik in anderen zie, wat anderen mij ‘aandoen’ of de situaties waar ik in terechtkom, in wezen ook reflecties zijn van mijn verwachtingen.
Hoe ziet jouw wereld eruit?
Tevreden?
Zo ja – Geweldig! Gefeliciteerd!
Wees blij en ga vooral zo door.
Zo niet – is de uitnodiging hierbij om je verwachtingen eens goed onder de loep te nemen… En te kijken welke resultaten je verwachtingen jou opleveren. Verwachtingen die ongewenste resultaten genereren zijn vaak gerelateerd aan beperkende overtuigingen (ik ben waardeloos, niet om van te houden, niet goed genoeg, bla bla bla…). Als je verwacht – ook al is het vaak een onbewuste verwachting – dat iedereen jou waardeloos zal vinden / dat niemand van jou zal houden / dat je nooit goed genoeg zal zijn, zul je gegarandeerd het bewijs vinden in de buitenwereld dat het ook echt zo is.
Hoe ziet jouw wereld eruit?
Ben je er tevreden over – of toch niet?
Je ziet wat je verwacht.
Wat wil je zien?